Engels | Nederlands
Het nut van een goede gids
Tobelo (Indonesië), 2 mei 2012

Ongeveer vier jaar geleden brachten we ook al eens een bezoek aan Tangkoko National Park in het uiterste noordoosten van het Indonesische eiland Sulawesi. Heel veel toeristen komen hier niet. Degenen die besluiten om te komen doen dat voornamelijk vanwege de betoverende duikbestemming Bunaken, een klein eilandje op een kilometer of tien uit de kust bij de stad Manado. Daarnaast ontmoet je er een enkele avontuurlijke rugzaktoerist en uiteraard een handjevol vogelaars. Regelmatig struinen er groepen van meestal wat oudere mannen door het Tangkoko bos op zoek naar enkele van de meeste gezochte endemische vogels van Indonesië. Deze mannen komen vaak op peperdure vogelreizen, met als doel om in een dag of achttien tussen de tweehonderd en driehonderd vogels te vinden in de nog resterende bossen van noord Sulawesi en het Noord-Molukse eiland Halmahara. We hebben altijd veel respect voor deze groepen mensen omdat ze op een leeftijd, waarbij veel anderen al achter de geraniums zitten, behoorlijk heftige reizen ondernemen naar vaak afgelegen delen van de wereld. En dat alles om een paar vogels te zien. En dat is iets wat heel veel mensen niet begrijpen.

Wij begrijpen dat overigens wel, want vogelen is leuk. Zoals gezegd vinden veel mensen dat duf en iets voor bejaarden. Daar zijn wij het uiteraard niet mee eens. Als je iemand vertelt dat je beren gaat kijken in Alaska, tijgers in India of leeuwen in Afrika dan is dat stoer. Als je echter zegt dat je op zoek gaat naar een dwergijsvogel in de dampende oerwouden van Sulawesi, dan is dat schijnbaar iets voor geitenwollensokkenfiguren. Dat is jammer, vooral voor hen die de betreffende mening zijn toegedaan. Als je je namelijk ook interesseert voor het kleinere ‘wildlife’ wat zich in de bossen bevindt, dan is geen enkel bezoek aan een nationaal park teleurstellend. Vogels vind je namelijk overal en vooral buiten Europa kun je vaak de meest spectaculaire exemplaren vinden, waarvan zelfs iemand die vogelen duf vindt niet kan ontkennen dat het een spectaculair stukje natuur is. Hetzelfde komen we vaak tegen bij duikers. Sommige duikers kunnen zich niet interesseren voor het ‘kleinere’ leven onder water zoals zeeslakken, krabben, garnalen of koraal. Als zij geen haai, school van barracuda’s of een pijlstaartrog hebben gezien, dan zijn ze teleurgesteld. En dat is zoals gezegd erg jammer.

De Sulawesi-dwergijsvogel
 

We waren dus voor de tweede keer in het Tangkoko Nationale Park. Vier jaar geleden hadden we de pech dat we het park op hetzelfde tijdstip bezochten als een groep van Bird Tours Asia, één van de duurdere vogelreisorganisaties. Het gevolg was dat alle goede vogelgidsen bezet waren. Dit jaar moest dat dus anders. Het was april en dus laagseizoen in het noorden van Sulawesi. De meeste vogelgroepen uit het westen, maar in toenemende mate ook uit Japan, Thailand and Maleisië, komen vooral in de periode juli tot en met oktober. We hadden de gidsen voor het uitzoeken en hadden onze zinnen gezet op Samuel. Samuel is verbonden aan de ‘home stay’ Mama Roos, dus dit was de plaats waar we naartoe gingen. Tangkoko kent ruim dertig gidsen waarvan er ongeveer vijf echte vogelgidsen zijn. De andere gidsen zijn vooral geïnteresseerd in het simpelere werk, namelijk groepen toeristen naar de Tarsier-boom of één van de luidruchtige groepen Zwarte-kuif Makaken loodsen. Deze Makaken worden overigens met uitsterven bedreigd. Volgens een Zwitserse onderzoeker die dagelijks in het park actief in om deze aapsoort voor de wereld te behouden, heeft dat echter weinig zin. Ondanks het werk van zijn organisatie zal de Zwarte-kuif Makaak volgens hebben binnen tien jaar van de aardbodem zijn verdwenen. De nog steeds voortdurende ontbossing van het park en vooral het feit dat sommige Indonesiërs het nog steeds lekker en normaal vinden om een stukje bush meat te eten, zorgt ervoor dat dit doemscenario volgens hem onafwendbaar is.

We huren Samuel twee volle dagen in en zien een aantal zeer bijzondere vogels. We waren uitermate blij met de vier verschillende ijsvogels die we zagen: de Blauwkop-bosijsvogel, de Sulawesi-dwergijsvogel, de Blauwoorijsvogel en de Grootsnavel-ijsvogel. Andere bijzondere soorten waren de Roodruglijster, de Sulawesi-waterhoen, de Sulawesi-koningsspreeuw en de Temminck-neushoornvogel. Samuel deed zijn uiterste best om ons de meest bijzondere vogels van het park te laten zien. Zijn ogen en oren zijn van een bijzondere scherpte. Ook de hevige regen die op een gegeven moment met bakken uit de lucht kwam vallen had geen invloed op zijn doorzettingsvermogen.

De uiterst zeldzame Minahassa-kerkuil
 
Veel vogelaars zijn erg geïnteresseerd in uilen. Deze nachtvogels zijn overdag bijna niet te vinden omdat ze vaak in de donkere delen van het bos zitten te slapen. Pas als de duisternis is ingevallen worden ze actief en aangezien het dan aardedonker is, zijn de uilen onzichtbaar. Maar de fanatieke vogelaar heeft daar echter iets op gevonden. Gewapend met MP-3 spelers gaan ze het bos in om opnames van de betreffende vogels af te spelen. De dieren reageren vaak op deze geluiden omdat ze denken dat hun territorium wordt geschonden, of omdat ze vermoeden dat er een vrouwtje in de buurt zit die ‘meer wil’. Als deze fanatieke vogelaars vervolgens denken dat ze de vogel op basis van zijn roep te hebben gelokaliseerd, schijnen ze een lamp in zijn ogen om hem te verblinden en daardoor te voorkomen dat hij wegvliegt. Dat gaat ons echter te ver. Wij gebruiken nooit opnames en de sport voor ons is om de vogels te vinden door onze ogen en oren goed te gebruiken. En af en toe natuurlijk een goede gids.

Ook Samuel zei geen fan te zijn van het gebruik van opnames. Hij deed dan ook zijn uiterste best om een aantal uilen bij daglicht te vinden en ze op hun rustplek te kunnen aanschouwen. Na veel moeite vinden we de Ochre-bellied Boobook (geen Nederlandse naam voor) en de uiterst zeldzame Minahassa-kerkuil, die endemisch is voor het uiterste noordoostelijke puntje van Sulawesi. Na twee prachtige dagen in Tangkoko te hebben doorgebracht reizen we uiterst tevreden terug naar Manado. Meestal hebben we er de voorkeur voor om alleen door een nationaal park te zwerven op zoek naar vogels, maar heel af en toe is het ook een genot om met een rasechte gids op pad te gaan. Het probleem is echter dat je vooraf vaak niet weet of een gids al dan niet goed is. Vaak proberen we dat te polsen door te vragen welke vogels er in het bos te vinden zijn om zo te achterhalen of hij enigszins weet waar hij het over heeft. Soms zit het mee en soms zit het tegen. Dit maal was het geluk aan onze zijde. We hadden een supergids.

 
 

Go back to home pageGo to Articles sectionGo to Columns sectionGo to Photos sectionGo to countries sectionGo to weblog sectionGo to about us